Wat is Beelddenken

"Het zit er wel in ... maar het komt er niet uit."

Een veelgehoorde uitspraak als het gaat om deze kinderen. Je had de verwachting dat je kind de basisschool goed zou doorlopen. In de kleutergroepen kon je kind prima meekomen. In groep 3 loopt het vast en krijgt je kind moeite mee te komen. 

We werden allemaal als beelddenker geboren, niet in staat om woorden te spreken en de gesproken taal te begrijpen. De wereld begrepen wij door onze zintuigen. Vanaf het 4e jaar ontstond een voorkeur voor meer talig of meer visueel denken, in de wetenschap aangeduid als de 'verbaal cognitieve leerstijl' en de 'visueel cognitieve leerstijl'. Onder meer Jaap Murre, hoogleraar theoretische neuropsychologie Amsterdam heeft zich bezig gehouden met die voorkeursontwikkeling. (cognitieve stijlen)

De beelddenker leert en denkt sterk vanuit zijn rechterhersenhelft. De rechter hersenhelft is heel belangrijk voor het waarnemen van emoties, verbeelding, kleur, muziek, ritme, dimensie en ruimtelijke inschatting. De linkerhersenhelft is heel belangrijk voor taal (zoals schrijven en lezen), spraak en complexe bewegingen. Deze hersenhelft  richt zich meer op details. Een kind met sterke voorkeur voor het visuele denken kan op school, waar de lesstof vaak veel talig wordt aangeboden, problemen ervaren. Het is belangrijk om hier vroeg zicht op te hebben, zodat we deze kinderen kunnen ondersteunen. Ze hebben nodig te leren hóe leren bij hen het meest effectief gaat. Veel beelddenkende kinderen ervaren dom te zijn, waardoor faalangst zou kunnen ontwikkelen. Zij mogen leren dat ze dat zeker niet zijn, maar dingen soms wel net op een andere manier mogen aanpakken.

De Beelddenker heeft meer nodig dan alleen maar plaatjes!